Leven onder armoedegrens is geen leven maar is overleven!

29 december 2020

Geacht college,

Een kind in de bijstand, voor sommigen is dat een familietraditie, voor anderen betekent het vette pech in het leven. Maar wat alle ouders ongeacht alles steeds zullen doen is hun kind zoveel mogelijk ondersteunen. Die ondersteuning kent vele vormen, het gaat van oppas-oma tot een extraatje bij de koffie of het samen op vakantie gaan waarbij de ouders meer betalen dan het kind.

De participatiewet geeft gemeenten de mogelijkheid om ieder extraatje dat ouders (of goede vrienden) verstrekken in mindering te brengen op de uitkering. Maar is dat redelijk?

Een voedselpakket van de Voedselbank wordt namelijk niet in mindering gebracht op de uitkering, een gift van tweedehands kleding ook niet en zo zijn er meer sociale bronnen die mensen met een klein inkomen ondersteunen. Alleen bij een gift van ouders of vrienden komt de gemeente om de hoek kijken en wordt de uitkering gekort.

Recent was er weer een uitspraak van de rechter in een boodschappentas-zaak1. De ouders helpen de dochter jarenlang met een boodschappentas en de gemeente vordert die gift terug waardoor € 7.000 aan bijstand terugbetaald moet worden en de dochter ook nog een boete van € 3000 krijgt. Veel ouders leven daarom in angst wanneer zij ook een boodschappentas met voedingsmiddelen afleveren bij een kind in de bijstand. De angst dat het kind gesnapt wordt en door de giften verder van huis is dan ooit, met (nog meer) schulden en een geschonden vertrouwen.

Nog treuriger wordt deze al dramatische absurde werkelijkheid wanneer er een erfenis te verdelen valt. Volgens de Participatiewet hebben gemeenten het recht om uitgekeerde bijstand terug te vorderen wanneer een niet-opeisbare vordering vrijvalt.

Als bijvoorbeeld een ouder komt te overlijden, krijgen de kinderen een niet-opeisbare vordering op de langstlevende ouder. Wanneer vervolgens de langstlevende ouder ook komt te overlijden valt de niet-opeisbare vordering vrij. Op dat moment hebben gemeenten het recht de bijstand die is betaald aan de bijstandsgerechtigde tussen het overlijden van de eerste oudere tot het vrijvallen vanwege het overlijden van de tweede ouder terug te vorderen. Soms gaat die vordering wel tien jaar of meer terug. Meld een erfgenaam de erfenis niet, dan kan hij bovendien een boete krijgen.

Op deze manier houden mensen die de erfenis het beste kunnen gebruiken er het minste van over. Maar is dat eerlijk?

50PLUS Rotterdam heeft in de zomer van 2019 met een armoede challenge meegedaan om van € 50 per week rond te komen. Voortkomend uit die armoede challenge is toen door 50PLUS Rotterdam een initiatiefvoorstel2 ingediend welke exact refereert aan de problematiek die hierboven is verwoord. Een 10-puntenvoorstel is toen door 50PLUS Rotterdam neergelegd;

  1. Grijp in op het verdienmodel bij de schuldenproblematiek.
  2. Maak de weg naar de schuldhulpverlening van de gemeente laagdrempelig.
  3. Laat mensen die leven onder de armoedegrens onbelast bijverdienen.
  4. Laat inkomsten gelijk lopen met de uitgaven.
  5. Stop met het eigen risico bij zorgverzekeringen.
  6. Maak Openbaar Vervoer gratis voor mensen die leven onder de armoedegrens.
  7. Ondersteun en faciliteer de Voedselbank.
  8. Verhoog het minimumloon.
  9. Zorg voor goedkope sociale woningen.
  10. Een basisinkomen is de oplossing voor het armoedeprobleem.

50PLUS Rotterdam schrikt van de berichtgeving en de effecten die nu 2 jaar na dato nog steeds met regelmaat 50PLUS Rotterdam en de media bereiken. In navolging van de vragen die door het CDA in de Tweede Kamer zijn gesteld aan de minister stelt ook 50PLUS Rotterdam deze vragen en meer aan het college;

  1. Is het college op de hoogte van het artikel ‘Vrouw moet 7000 euro bijstand terugbetalen omdat ze boodschappen kreeg van moeder1?
  2. Is het college het met 50PLUS Rotterdam eens dat indien de inlichtingenplicht van een bijstandsgerechtigde geschonden wordt, de gevolgen voor de betrokken bijstandsgerechtigde dermate groot kunnen zijn dat wellicht de bijstandsgerechtigde nooit meer uit de schuldenproblematiek kan komen?

(Zie voor nadere toelichting hiervoor ook initiatiefvoorstel2 van 50PLUS Rotterdam)

  1. Is het college het met 50PLUS Rotterdam eens dat de nadelen van terugvordering van een bijstandsgerechtigde in verhouding tot het doel om iemand uit de bijstandssituatie te helpen onevenredig groot kunnen zijn?

(Zie hiervoor ook voorstel 2 ‘Grijp in op het verdienmodel bij de schuldenproblematiek’ van het initiatiefvoorstel2 van 50PLUS Rotterdam)

  1. Hoe weegt het college van B&W de beleidsruimte van de gemeente Rotterdam om in dergelijke gevallen zoals deze bijstandsgerechtigde vrouw om tot maatwerk te komen?
  2. Is het college met 50PLUS Rotterdam eens dat ook pakketten van de voedselbank, kledingbank en andere instellingen ter bestrijding van armoede een waarde vertegenwoordigen?
  3. Kan het college het verschil aangeven tussen de pakketten die door familieleden en/of vrienden worden gedoneerd en de pakketten die door de voedselbank, de kledingbank en ander instellingen worden gedoneerd?
  4. Kan het college aangeven of zij voornemens is of misschien al bepaald heeft dat afhankelijkheid van de voedselbank, de kledingbank en andere instellingen onder de inlichtingenplicht Participatiewet valt?
  5. Is het college met 50PLUS Rotterdam eens dat de waarde van pakketten van de voedselbank, de kledingbank en andere instellingen op nul waarde gesteld zouden moeten worden zodat deze pakketten geen effect hebben de hoogte van de bijstand en/of eventuele kortingen teweegbrengen?
  6. Kan het college aangeven of er in de gemeente Rotterdam voor bijstandsgerechtigden giften zijn toegestaan en indien giften zijn toegestaan tot welk bedrag mogen die giften dan gaan voor een bijstandsgerechtigde?
  7. Hoe weegt het college in dit licht de uitspraken van het NIBUD, waaruit blijkt dat het voor bijstandsgerechtigden zonder extra ondersteuning überhaupt niet mogelijk is om rond te komen?

(Zie voor nadere toelichting hiervoor ook initiatiefvoorstel2 van 50PLUS Rotterdam)

  1. Is het college bereid om het terugvorderen van erfenissen te beperken tot twee jaar terug en zelfs te onderzoeken of het terugvorderen van erfenissen achterwege gelaten kan worden bij bijstandsgerechtigden?
  2. Na ontvangst van de erfenis moet de bijstandsgerechtigde eerst interen op het vermogen tot het vrijgestelde bedrag (€6.225 in 2020 voor een alleenstaande). Daarna mag hij niet meer uitgeven dan 1,5 keer het normbedrag (De bijstand). Door het wegvallen van subsidies en toeslagen is dit vrijwel onmogelijk.  Is het college bereid om het interen op het vermogen dat door de erfenis vrij valt voor een eerste bedrag vrij te laten, bijvoorbeeld € 10.000?

 

Wij zien uw antwoorden graag tegemoet.

 

 

Delen via:

Er is nog geen antwoord.