Huishoudelijk reglement

De algemene ledenvergadering van de vereniging heeft in een Algemene Vergadering gehouden te Hilversum op 10 december 2016 besloten het Huishoudelijk Reglement van de vereniging te wijzigen. Op de Algemene Vergadering van 11 november 2017 is artikel  6.4 aangepast.

Het luidt nu als volgt:

  1.   Lidmaatschap

1.1    Lidmaatschap

         In aanvulling op artikel 4 en 5 van de Statuten gelden de volgende bepalingen:

  1. Een lid dient zich te gedragen conform de uitgangspunten zoals neergelegd in de Handreiking Integriteit zoals vastgesteld door de Algemene Vergadering van 10 december 2016.

1.2    Rechten van Leden

         De leden hebben de volgende rechten:

  1. bijwonen van ledenvergaderingen en uitoefenen van stemrecht, waarbij het lid in provinciale algemene vergaderingen slechts stemrecht heeft in de provincie dan wel over onderwerpen met betrekking tot waterschap, het waterschapgebied waar het lid woonachtig is;
  2. zich kandidaat te stellen voor bestuurlijke functies;
  3. zich kandidaat te stellen namens 50PLUS als vertegenwoordiger in politieke lichamen, daarbij rekening houdend met het gestelde in de Kieswet en artikel 7.1 van dit Huishoudelijk Reglement ten aanzien van onverenigbaarheden.

1.3    Contributie

1.3.1 De contributie wordt geïnd in de eerste drie (3) maanden van elk jaar, bij voorkeur

         door middel van een automatische incasso.

1.3.2 Het partijkantoor stuurt die leden die geen machtiging tot automatische incasso

         hebben afgegeven in januari van elk jaar een verzoek tot betaling. Bij niet betaling

         binnen dertig (30) dagen volgt een herinnering.

1.3.3 Het Hoofdbestuur kan het lidmaatschap van leden opzeggen indien zij na herhaalde

         aanmaningen in gebreke blijven hun contributie te betalen.

1.4    Kandidatuur

1.4.1 Ieder lid kan zich kandidaat stellen voor een verkiezing van een vertegenwoordigend

         lichaam dan wel bestuurlijke functie. De vereisten en de wijze van aanmelding

         hiervoor wordt tijdig kenbaar gemaakt door de Kandidaatsstellingscommissie.

1.4.2 Ieder die zich kandidaat stelt, dient te verklaren geen politieke dan wel bestuurlijke functie te

         vervullen of te gaan vervullen bij een andere politieke partij die op hetzelfde politieke dan wel

         bestuurlijke niveau actief is. 

  1.    Algemene Vergadering, agenda, stemmingen en besluitvorming en moties en

       amendementen

2.1.   Algemene Vergadering, Taken en Bevoegdheden

2.1.1 De Algemene Vergadering is openbaar, tenzij de Algemene Vergadering op voorstel van

         het Hoofdbestuur vooraf besluit dat deze besloten is. Het stem- en spreekrecht zijn

         voorbehouden aan de leden.

2.1.2 De Algemene Vergadering:

  1. kiest de leden van het Hoofdbestuur, waarvan de voorzitter, secretaris en penningmeester in hun functie;
  2. stelt de Statuten en de reglementen vast;
  3. kiest de leden en plaatsvervangende leden van de Commissie van Beroep;
  4. kiest de lijsttrekker en stelt de kieslijst van Landelijke en Europese verkiezingen vast;
  5. benoemt de leden van de financiële commissie;
  6. kiest de voorzitter van de kandidaatstellingscommissie ten behoeve van de verkiezingen van de Tweede Kamer, Eerste Kamer en het Europees Parlement;
  7. keurt het Jaarverslag en de Jaarrekening goed;
  8. stelt de begroting en de jaarlijkse contributieverplichting vast;
  9. verleent decharge aan het Hoofdbestuur;
  10. neemt kennis van de jaarverslagen van:
  1. Fractie Eerste Kamer;
  2. Fractie Tweede Kamer;
  3. Bestuur Wetenschappelijk Bureau;
  4. Commissie van Beroep.

2.1.3 Het Hoofdbestuur publiceert uiterlijk vier (4) weken na de gehouden Algemene

         Vergadering een concept-verslaglegging van de vergadering op de website.

2.1.4 Onverminderd het bepaalde in artikel 7d van de statuten worden de data

         van Algemene Vergaderingen opgenomen in het activiteitenplan en in een

         papieren ledenkrant, die naar alle leden wordt verzonden. Bij een extra

         vergadering moet de datum ten minste twee (2) weken van tevoren via de

         website worden bekend gemaakt.

2.1.5 Een Algemene Vergadering kan conform artikel 7 lid f van de Statuten op

         initiatief van de leden bijeen geroepen worden. Hiertoe dient een schriftelijk

         verzoek, vergezeld van de volledige namen van de desbetreffende leden

         met woonplaats aanduiding aangetekend dan wel per email met ontvangst-

         bevestiging verzonden te worden aan het Partijkantoor ter attentie van het

         Hoofdbestuur.

2.1.6 Het Hoofdbestuur is verplicht binnen twee (2) weken na ontvangst van een

         verzoek van leden tot het bijeenroepen van een Algemene Vergadering een

         datum voor deze vergadering vast te stellen. De Algemene Vergadering

         dient plaats te vinden binnen zes (6) weken na ontvangst van het verzoek.

2.2   Agenda

2.2.1 De conceptagenda, de voorstellen voor de te behandelen onderwerpen en

         de termijnen van indiening van moties en amendementen worden ten minste

         acht (8) weken voor de datum van de Algemene Vergadering via de website

         bekend gemaakt. Indien er een stuk is, dat geamendeerd zou kunnen

         worden, dient dat bij de conceptagenda gevoegd te zijn. De stukken, die

         horen bij de agenda, worden uiterlijk twee (2) weken van tevoren geplaatst

         op de website en per e-mail aan de leden verzonden.

2.3   Moties en amendementen

2.3.1 Elk lid kan over een zaak een motie dan wel, ten aanzien van een

         geagendeerd voorstel, een amendement indienen.

2.3.2 Mogelijke moties en amendementen worden ten minste vier (4) weken voor

        de Algemene Vergadering bij het Partijkantoor ingediend. Zij worden met een

         mogelijk preadvies van het Hoofdbestuur toegevoegd aan de stukken voor

         de vergadering. Voor Provinciale vergaderingen is dit zoveel mogelijk van

         overeenkomstige toepassing.

2.4    Stemmingen

2.4.1 Stemming over personen geschiedt altijd schriftelijk.

2.4.2 Stemmingen over zaken geschiedt door handopsteking.

2.4.3 De Algemene Vergadering kan op voorstel van het Hoofdbestuur bij acclamatie

         een besluit nemen, tenzij een stemgerechtigde zich tegen deze wijze van

         besluitvorming verzet. Indien bij verkiezing van personen het aantal kandidaten

         gelijk is aan het aantal vacatures, kan op voorstel van het Hoofdbestuur

         eveneens bij acclamatie worden besloten.

2.4.4 De voorzitter van de Algemene Vergadering benoemt aan het begin van de

         vergadering een stemcommissie bestaande uit ten minste drie (3) aanwezige

         leden. De stemcommissie registreert het aantal uitgebrachte stemmen, het

         aantal geldige stemmen en de uitslag van de stemming. De stemcommissie

         beslist over de geldigheid van de stemming en legt de uitslag schriftelijk vast.

2.4.5 Indien de stemcommissie dan wel het Hoofdbestuur onregelmatigheden heeft

         vastgesteld tijdens een stemming, wordt de stemming door de stemcommissie

         ongeldig verklaard. Er vindt dan een herstemming plaats.

2.4.6 Bij het staken van stemmen over zaken of personen vindt herstemming plaats.

         Staken de stemmen opnieuw bij herstemming over zaken dan wordt het voorstel

         geacht te zijn verworpen. Bij staken van de stemmen na herstemming over

         personen vindt loting plaats.

2.4.7 Bij de stemming over de in functie te kiezen kandidaten voor het bestuur en bij

         de stemming over de plaatsing van kandidaten op een kieslijst is bij de eerste

         stemming een absolute meerderheid de stemmen nodig. Is er geen absolute

         meerderheid, dan is er herstemming nodig tussen de twee (2) hoogst geëindigde

         kandidaten. Bij de stemming over meer dan één functie is bij de eerste stemming

         een absolute meerderheid nodig en worden de kandidaten benoemd verklaard

         in de volgorde van het aantal stemmen. Zijn er na de eerste stemmingsronde nog

         een x-aantal vacatures over, dan vindt herstemming plaats tussen de twee (2)

         maal x kandidaten die het hoogst geëindigd zijn.

2.4.8 Bij verkiezing van het Hoofdbestuur kiest de vergadering ten minste één

         vertegenwoordiger in het Hoofdbestuur uit het Noorden (Groningen, Friesland,

         Drenthe), uit het Oosten (Gelderland, Flevoland, Overijssel), uit het Zuiden

         (Zeeland, Noord-Brabant, Limburg) en uit het Westen (Utrecht, Noord- en

         Zuid Holland). Degene met de meeste stemmen uit de vier (4) regio’s is direct

         gekozene.

  1.   Hoofdbestuur

3.1    Verkiezing

3.1.1 De leden van het Hoofdbestuur worden door de Algemene Vergadering benoemd

         op basis van een voordracht van het Hoofdbestuur. De leden worden benoemd

         voor een periode van drie (3) jaar met de mogelijkheid tot een verlenging van

         één (1) maal drie (3) jaar. Een afgetreden bestuurslid is na één (1) jaar wederom

         verkiesbaar voor een periode van drie (3) jaar met verlenging.

3.1.2 Ten minste twaalf (12) weken voor de Algemene Vergadering, waarop een bestuur

         wordt gekozen, wordt de kandidaatstelling geopend. Leden krijgen twee (2) weken

         de tijd om zich kandidaat te stellen. Op basis van die kandidaatstelling doet het

         bestuur een voordracht welke wordt beschouwd als amendeerbaar stuk.

3.1.3 Naast de voordracht van het Hoofdbestuur kan een lid kandidaat gesteld worden

         door een aantal van ten minste tien (10) leden, die de voordracht mede

         ondertekenen.

3.1.4 Het lidmaatschap van het Hoofdbestuur eindigt:

  1. door ontslag door de Algemene Vergadering;
  2. door vrijwillig aftreden;
  3. doordat hij ophoudt lid te zijn van de vereniging;
  4. door het aanvaarden van een functie als bedoeld in artikel 7.1 van dit

             Huishoudelijk Reglement;

  1. door zijn periodiek aftreden.

3.1.5 Bij een tussentijds vertrek van een lid van het Hoofdbestuur, dat in functie is gekozen,

         is het Hoofdbestuur bevoegd een van de overige zittende leden aan te wijzen als

         waarnemer van de portefeuille. Hierdoor ontstaat een vacature in het Hoofdbestuur.

3.1.6 Bij het ontstaan van een vacature wordt in beginsel op de eerstvolgende Algemene

         Vergadering in de vacature voorzien. Een bestuurslid dat een vacature vervult, wordt

         benoemd voor de resterende zittingsduur van het bestuurslid voor wie het in de plaats

         komt.

3.1.7 Bij het ontstaan van een vacature van een regionale vertegenwoordiger wordt deze

         vacature opgevuld door een kandidaat uit die regio. De hierboven genoemde vacature

         wordt ingenomen door een kandidaat die niet benoemd was verklaard.

3.2    Taken, Werkwijze en Bevoegdheden.

3.2.1 Het Hoofdbestuur heeft de volgende taken, werkwijze en bevoegdheden:

  1. het vertegenwoordigen van de partij, zowel binnen de partij als naar buiten;
  2. het organiseren van algemene vergaderingen en bijeenkomsten;
  3. scouting en werving van nieuw talent voor 50PLUS, zoals kandidaten voor

             bestuurlijke functies;

  1. selectie en voordrachten doen voor kandidaten voor de Tweede en Eerste

             Kamer en Europees Parlement;

  1. het voeren van verkiezingscampagnes en het daarbij actief betrekken van

             de leden, fracties en kandidaten;

  1. het opstellen van raamprogramma’s voor de verkiezingen van Provinciale

            Staten en waterschappen;

  1. het instellen en opheffen van commissies met een bepaalde taak;
  2. het uitnodigen en agenderen van de adviesraad;
  3. het aanwijzen van een Hoofdbestuurslid als bestuurslid van de Stichting

            Wetenschappelijk Bureau 50PLUS;

  1. een vertegenwoordiger van de 50PLUS-fracties van Tweede Kamer, Eerste

            Kamer en het Europees Parlement kunnen de vergaderingen van het

            Hoofdbestuur bijwonen en hebben daar spreekrecht;

  1. het – indien gewenst – uitnodigen van deskundigen tot deelname aan

            vergaderingen;

  1. invulling te geven aan de organisatie op alle niveaus en daar de

            eindverantwoording voor te dragen;

  1. het operationeel leiding geven aan de partijkantoororganisatie.
  2.      Decentrale organisatieniveaus

4.1    Provinciaal afdelingsbestuur

4.1.1 50PLUS kent twaalf (12) Provinciale Afdelingsbesturen. Deze bestaan uit ten minste

         drie (3) en ten hoogste zeven (7) leden. De leden worden gekozen door de

         Provinciale Algemene Vergadering.

4.1.2 Het afdelingsbestuur doet een voordracht voor de verkiezing van haar bestuur.

4.1.3 Voor de totstandkoming van de voordracht zijn de bepalingen m.b.t. de voordracht

         van het Hoofdbestuur van overeenkomstige toepassing.

4.1.4 Een niet voltallig bestuur blijft bestuursbevoegd. Bij een tussentijds vertrek van een

         lid van het afdelingsbestuur, dat in functie is gekozen, is het afdelingsbestuur bevoegd

         een van de overige zittende leden aan te wijzen als waarnemer van de portefeuille.

         Hierdoor ontstaat een vacature in het afdelingsbestuur. Door het vertrek van een niet

         in functie gekozen afdelingsbestuurslid kan eveneens een vacature ontstaan. In

         tussentijdse vacatures wordt in beginsel voorzien door de Provinciale Algemene

         Vergadering.

4.1.5 De voorzitter, secretaris en penningmeester worden in functie gekozen, zij vormen

         tezamen het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur van de afdeling kan worden

         uitgebreid met de vicevoorzitter.

4.1.6 Het lidmaatschap van het afdelingsbestuur eindigt:

  1. door ontslag door de Provinciale Algemene Vergadering;
  2. door vrijwillig aftreden;
  3. doordat hij ophoudt lid te zijn van de vereniging;
  4. door het aanvaarden van een functie als bedoeld in artikel 7.1 van dit Huishoudelijk

             Reglement;

  1. door zijn periodiek aftreden.

4.1.7 Alle bestuursleden worden door de Provinciale Algemene Vergadering benoemd voor

         een periode van drie (3) jaar met de mogelijkheid tot een verlenging van één maal

         drie (3) jaar. Een afgetreden bestuurslid is na één jaar wederom verkiesbaar voor

         een periode van drie (3) jaar met verlenging.

4.1.8 Het Provinciaal afdelingsbestuur vergadert zo vaak als nodig is doch ten minste

         één (1) maal per kwartaal. Van elke vergadering wordt een schriftelijk verslag

         gemaakt; een afschrift hiervan wordt binnen drie (3) weken toegezonden aan

         het Partijkantoor.

4.1.9 Het provinciaal Bestuur heeft tot taak:

  1. het vertegenwoordigen van het afdelingsbestuur, zowel binnen de partij als naar buiten;
  2. het vertegenwoordigen van de Provinciale afdeling in de Adviesraad;
  3. het bijeenroepen van de jaarlijkse Provinciale Algemene Vergaderingen en het organiseren van overige vergaderingen en bijeenkomsten;
  4. verzorgen van de communicatie tussen de 50PLUS leden in hun gebied;
  5. het organiseren en goed laten functioneren van de afdeling;
  6. scouting en werving van nieuw talent voor 50PLUS, zoals kandidaten voor bestuurlijke functies;
  7. selectie en voordrachten doen voor kandidaten voor de Provinciale Staten en Waterschappen, waarvan de vestigingsplaats in

           de betreffende provincie valt;

  1. het voeren van verkiezingscampagnes en het daarbij actief betrekken van de leden, fracties en kandidaten;
  2. het opstellen van een jaarplan en een jaarverslag met overzicht van behaalde resultaten;
  3. beheren van de door het Hoofdbestuur beschikbaar gestelde financiële middelen en het afleggen van verantwoording hierover;
  4. het ten minste één maal per jaar bijeenroepen van een Provinciale Algemene Vergadering;
  5. het werven van nieuwe leden.

4.1.10 Jaarvergadering
       a. in de maand oktober of november wordt een Provinciale Algemene Vergadering gehouden, die wordt beschouwd als jaarvergadering;
       b. tijdens de jaarvergadering
               i.   wordt verslag gedaan van de activiteiten en de financiële situatie van het jaar
                    daarvoor;
               ii.  geven bestuurders van onder de afdeling vallende vertegenwoordigende
                    lichamen een overzicht van hun activiteiten;
               iii.  worden de voorgeschreven bestuursverkiezingen gehouden.

4.1.11 De financiële jaarrekening wordt ter kennisname voorgelegd aan de Provinciale

           Algemene Vergadering en ter goedkeuring aan het Hoofdbestuur. Tevens wordt

           een activiteitenplan en een begroting voor het komende jaar gepresenteerd. Het

           afdelingsbestuur ontvangt op basis van de goedgekeurde begroting financiële

           middelen van het Hoofdbestuur.

4.1.12 Leden van het Hoofdbestuur kunnen de Provinciale vergaderingen bijwonen en

           mogen daar het woord voeren.

4.1.13 Leden van de 50PLUS-fracties van Provinciale Staten en bestuurders van 50PLUS-fracties van Waterschappen met vestigingsplaats
          in de provincie kunnen vergaderingen van het afdelingsbestuur bijwonen en hebben daar spreekrecht.

  1.   Commissies

5.1   Adviesraad

5.1.1 Ieder Provinciaal Bestuur vaardigt een afgevaardigde af naar de Adviesraad. Bij

         ontstentenis van de afgevaardigde kan deze worden vervangen door een ander

         lid van het provinciaal bestuur.

5.1.2 De Adviesraad voert overleg over voor de provincies van belang zijnde onderwerpen.

         De Adviesraad vervult daarenboven een adviserende rol naar het Hoofdbestuur toe

         en geeft gevraagd en ongevraagd advies.

5.1.3 Binnen vier (4) weken na de vergadering van de Adviesraad wordt het daarvan

         gemaakte schriftelijk verslag verzonden aan de leden van de Adviesraad en het

         Hoofdbestuur.

5.1.4 De Adviesraad komt ten minste één (1) keer per kwartaal bijeen tezamen met het

         Hoofdbestuur. Het Hoofdbestuur nodigt uit mede op basis van de aangedragen

         onderwerpen.

5.2   Programmacommissies

5.2.1 De Algemene Vergadering kiest de voorzitter van de programmacommissie voor de

         Landelijke en Europese Verkiezingen en voor de voorzitter van de raamwerk-

         programmacommissie voor Provinciale Staten en Waterschappen. Deze commissie

         bestaat uit minimaal drie (3) en maximaal zeven (7) leden.

5.2.2 In overleg met de voorzitter van de landelijke programmacommissie benoemt het

         Hoofdbestuur de overige leden.

5.2.3 De Programmacommissie stelt een concept verkiezingsprogramma op. Dit wordt

         door het Hoofdbestuur aan de leden ter beschikking gesteld. Amendementen hierop

         kunnen worden ingediend op een wijze als in artikel 2.3 is aangegeven.

         Stemgerechtigde leden hebben twee (2) weken de tijd om amendementen op het

         concept verkiezingsprogramma in te dienen. Het Hoofdbestuur stelt na overleg

         met de programmacommissie het definitieve verkiezingsprogramma vast.

5.2.4 Bij verkiezingen voor Provinciale Staten en Waterschappen met vestigingsplaats

         binnen de provincie kiest de betreffende Provinciale Algemene Vergadering een

         voorzitter van de programmacommissie. Deze commissies bestaan uit ten minste

         drie (3) en ten hoogste zeven (7) leden. In overleg met de voorzitter van de

         programmacommissies benoemt het afdelingsbestuur de overige leden. De

         programmacommissies stellen concept verkiezingsprogramma’s op en brengen

         die ter kennis van de leden.

5.2.5 Bij tussentijdse verkiezingen kan door het Hoofdbestuur van de procedure en de

         termijn als beschreven in artikelen 2.3 en 5.2.3 worden afgeweken.

5.2.6 De programmacommissies kunnen desgewenst deskundigen raadplegen.

5.2.7 Het Hoofdbestuur resp. het betreffende provinciale bestuur stelt het programma vast.

5.3    Kandidaatstellingscommissies

5.3.1 Er zijn twee (2) soorten kandidaatstellingscommissies:

  1. Een door het Hoofdbestuur in te stellen commissie ten behoeve van de

             verkiezingen van de Tweede Kamer, Eerste Kamer en Europees Parlement van

             maximaal zeven (7) leden. De voorzitter van deze commissie wordt gekozen door

             de Algemene Vergadering. In overleg met het Hoofdbestuur wordt de commissie

             door het Hoofdbestuur aangevuld.

  1. De door de Provinciale Besturen in te stellen commissies ten behoeve van de

             verkiezingen van de Provinciale Staten en Waterschappen met vestigingsplaats

             binnen de provincie van maximaal vijf (5) leden. De voorzitters worden gekozen in

             hun Provinciale Algemene Vergadering. In overleg met het betreffende afdelings-

             bestuur wordt de commissies door het afdelingsbestuur aangevuld.

5.3.2 De kandidaatsstellingscommissies stellen een concept kandidatenlijst vast volgens

         een opgesteld protocol. Tot de vaststelling van dat protocol geldt het reglement

         kandidaatstelling uit het huishoudelijk reglement van november 2014 als protocol.

         Het protocol wordt vastgesteld door het Hoofdbestuur in samenspraak met de

         Adviesraad en bevat ten minste:

  1. de procedure voor kandidaatstelling met vermelding van termijnen van aanmelding

             en besluitvorming, daarbij rekening houdend met de vereisten van de Kieswet ten

             aanzien van het indienen van Kandidatenlijsten;

  1. de door de kandidaten over te leggen gegevens;
  2. de wijze van vaststellen van de conceptkandidatenlijst.

5.3.3 De kandidatenlijsten worden definitief vastgesteld door de Algemene Vergadering in

         geval het een verkiezing betreft genoemd onder artikel 5.3.1.a en door de Provinciale

         Algemene Vergadering in geval het een verkiezing betreft genoemd onder

         artikel 5.3.1.b.

5.3.5 Na vaststelling van de kandidatenlijsten zorgt het Hoofdbestuur respectievelijk het

         betreffende afdelingsbestuur voor indiening hiervan volgens de in de Kieswet

         vastgelegde procedure.

5.4    Commissie van Beroep

5.4.1 De Commissie van Beroep bedoeld in artikel 9 van de statuten oordeelt over:

  1. beslissingen van het Hoofdbestuur over het niet toelaten van een aspirant-lid;
  2. besluit van het Hoofdbestuur tot schorsing van een lid;
  3. ontzetting uit het lidmaatschap.

5.4.2 De commissie bestaat uit drie (3) juridisch onderlegde leden van 50PLUS, die zich

         kunnen laten vervangen door drie (3) plaatsvervangende leden in het geval van

         ontstentenis of conflicterende belangen.

5.4.3 De leden en plaatsvervangende leden worden benoemd door de Algemene

         Vergadering voor een periode van drie (3) jaar, met de mogelijkheid van een

         eenmalige herbenoeming van drie (3) jaar.

5.4.4 De commissie kan zich laten bijstaan door een administratief medewerker.

5.4.5 De commissie behandelt een beroep en doet een bindende uitspraak in een

         samenstelling van drie (3) leden.

5.4.6 Aspirant-leden zijn gerechtigd beroep in te stellen bij de commissie tegen een

         beslissing van het Hoofdbestuur waarin het lidmaatschap van 50PLUS is afgewezen.

         Leden kunnen beroep instellen tegen een beslissing van het Hoofdbestuur tot

         schorsing, ontzetting uit het lidmaatschap.

5.4.7 Het beroep dient op straffe van niet ontvankelijkheid met redenen omkleed binnen

         vier (4) weken na ontvangst van de beslissing van het Hoofdbestuur te worden

         ingesteld bij de commissie. Het beroep wordt ingesteld door middel van een e-mail

         of een brief. De commissie is gevestigd op het partijkantoor.

5.4.8 Het beroepschrift bevat ten minste:

         – naam, adres, telefoonnummer en zo mogelijk het e-mailadres van degene die beroep

           aantekent;

         – de inhoud en een kopie van het bestreden besluit;

         – de bezwaren tegen het bestreden besluit;

         – de bijlagen waarnaar wordt verwezen;

         – de door het (aspirant)lid gewenste beslissing van de commissie;

         – de machtiging bedoeld in artikel 5.4.10.

5.4.9 Bij de behandeling van het beroep kan het (aspirant)lid zich laten bijstaan door ten

         hoogste twee (2) personen. Het (aspirant-)lid kan zich laten vertegenwoordigen door

         een daartoe schriftelijk gemachtigde persoon.

5.4.10 Indien het beroep niet voldoet aan de in artikelen 5.4.8 en 5.4.9 genoemde

           voorwaarden, verzoekt de commissie het (aspirant)lid om het beroep binnen

           veertien (14) dagen aan te vullen. Voldoet het (aspirant)lid niet aan dit

           verzoek, dan kan de commissie besluiten nemen zonder dat een hoorzitting

           wordt gehouden.

5.4.11 Nadat de commissie het (aangevulde) beroep heeft ontvangen stelt zij het

           Hoofdbestuur in de gelegenheid om daar binnen veertien (14) dagen op te reageren.

5.4.12 De commissie bepaalt binnen veertien (14) dagen, nadat alle stukken zijn ontvangen,

           een datum waarop, alsmede de locatie waar het beroep zal worden behandeld en

           zendt daarvan onverwijld bericht aan het (aspirant-)lid en aan het Hoofdbestuur. De

           hoorzitting dient plaats te vinden binnen vier (4) weken nadat alle stukken door de

           commissie zijn ontvangen. Indien nodig kan de mondelinge behandeling van het

           beroep worden aangehouden voor het oproepen en horen van getuigen en of

           deskundigen. Er zal geen mondelinge behandeling worden bepaald indien beide

           partijen te kennen geven daar geen prijs op te stellen en de commissie het horen

           van partijen tevens overbodig acht. Om zwaarwegende redenen of onder bijzondere

           omstandigheden kan de commissie een verlenging van de in dit artikel genoemde

           termijnen vaststellen.

5.4.13 Binnen veertien (14) dagen na het sluiten van de hoorzitting doet de commissie

           schriftelijk uitspraak. Deze uitspraak is bindend. De commissie kan zichzelf een

           uitstel verlenen van de termijn waarbinnen zij een uitspraak zal doen met een

           maximum termijn van dertig (30) dagen, indien zwaarwegende redenen of

           omstandigheden daartoe aanleiding geven. De commissie stuurt haar uitspraak,

           dan wel beslissing tot uitstel onverwijld aan het (aspirant-)lid en het Hoofdbestuur.

           Indien het een uitstel van het de beslissing betreft dient deze met redenen omkleed

           te zijn en vermeldt zij tevens in dit schrijven de nieuwe datum waarop de

           uitspraak zal worden gedaan.

5.4.14 Aan het indienen van een beroep zijn geen kosten verbonden.

5.5    Financiële Commissie

5.5.1 De Financiële Commissie bestaat uit drie (3) leden. De leden worden benoemd

         door de Algemene Vergadering op voordracht van het Hoofdbestuur voor een

         periode van drie (3) jaar met de mogelijkheid van een eenmalige herbenoeming

         van drie (3) jaar.

5.5.2 De commissie, die toegang heeft tot alle financiële bescheiden, heeft tot taak:

  1. de penningmeester gevraagd en ongevraagd te adviseren over financiële

             aangelegenheden;

  1. toezicht uit te oefenen op het financieel beheer van het Hoofdbestuur;
  2. de penningmeester te ondersteunen bij controle van financiële rapportages van

             Provinciale en Lokale Besturen.

  1. een verklaring bij de jaarrekening af te geven over de doelmatigheid van de

             bestede middelen.

  1.   Financiën

6.1 Begroting

6.1 Het Hoofdbestuur stelt jaarlijks een begroting op en legt die ter goedkeuring voor

      aan de Algemene Vergadering. De begroting wordt toegelicht met een activiteitenplan.

6.2    Financiële Verantwoording

6.2.1 Het Hoofdbestuur brengt op de Algemene Vergadering binnen zes (6) maanden na

         afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de Algemene

         Vergadering, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de Vereniging en de

         Stichting Wetenschappelijk Bureau.

6.2.2 Het Hoofdbestuur legt binnen de onder artikel 6.3.1 genoemde termijn de balans

         en staat van baten en lasten met toelichting ter vaststelling aan de vergadering over.

6.2.3 Het jaarverslag en de jaarrekening worden door de leden van het Hoofdbestuur

         ondertekend. Zij gaan vergezeld door een verklaring van een Registeraccountant en

         de Financiële Commissie.

6.2.4 De opgemaakte jaarstukken dienen voor de leden beschikbaar te zijn vanaf de oproep

         voor de Algemene Vergadering.

6.3    Bijdrageregelingen Provinciale afdelingen

6.3.1 De Provinciale afdelingsbesturen ontvangen jaarlijks van het Hoofdbestuur een

         geldelijke bijdrage ter dekking van de uitgaven. Deze wordt ieder jaar door de

         Algemene Vergadering vastgesteld.

6.3.2 De overboeking van deze bijdragen geschiedt nadat de begroting voor het lopende en

         de jaarrekening van het voorgaande boekjaar van de betreffende Provincie afdeling is

         goedgekeurd.

6.4    Afdrachtenregeling

6.4.1 Van personen die namens 50PLUS een politieke functie vervullen, wordt verwacht

         dat zij verklaren bereid te zijn aan de op hen van toepassing zijnde afdracht regeling

         te voldoen.

6.4.2 De Algemene Vergadering stelt, op voorstel van het Hoofdbestuur, deze afdrachten-

         regeling jaarlijks vast.

6.4.3 De hoogte van de afdracht is afhankelijk van de politieke functie en de hoogte van de

         daaraan gekoppelde honorering.

6.4.4 De Afdrachtregeling van 50PLUS geldt voor volksvertegenwoordigers; (duo)leden van
        (deel)gemeenteraden, Provinciale Staten, Tweede Kamer, Eerste Kamer en Europees Parlement)
        en bestuurders (gebieds- en bestuurscommissieleden, waterschappen, wethouders,
        burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen van de Koningin, staatssecretarissen, ministers
        en eurocommissarissen).

6.4.5 De afdracht is met ingang van 1 januari 2018 een evenredige procentuele afdracht van 2% van de totale
         vergoeding of schadeloosstelling , inclusief vakantiegeld en eindejaarsuitkering.

  1.   Onverenigbaarheden

7.1 Naast de wettelijke onverenigbaarheden hanteert de partij onderstaande onverenigbaarheden:

  1. Het lidmaatschap van het Hoofdbestuur is onverenigbaar met:
  1. lidmaatschap Eerste Kamer, Tweede Kamer en Europees parlement;
  2. een betaalde betrekking bij de fractie van Eerste Kamer, Tweede Kamer en Europees Parlement;
  3. lidmaatschap of plaatsvervangend lidmaatschap van de commissie van beroep;
  4. politieke dan wel bestuurlijke functie bij een andere landelijke politieke partij;
  5. het vervullen van een dienstbetrekking bij de partij of bij een aan de partij gelieerde organisatie;
  6. lidmaatschap van een afdelingsbestuur
  1. Het lidmaatschap van een afdelingsbestuur is onverenigbaar met:
  1. lidmaatschap Provinciale Staten;
  2. lidmaatschap bestuur van een Waterschap;
  3. commissielid Provinciale Staten;
  4. betaalde betrekking bij de fractie van Provinciale Staten;
  5. betaalde betrekking bij de fractie van een Waterschap;
  6. politieke dan wel bestuurlijke functie bij een andere politieke partij, die op hetzelfde niveau van kandidaatstelling actief is;
  7. lidmaatschap van het Hoofdbestuur

7.1.2 Het Hoofdbestuur kan ontheffing verlenen voor onverenigbaarheden.

         Een lijst van verleende ontheffingen met argumentatie dient als bijlage bij het

         jaarverslag te worden toegevoegd.

  1.   Logo 50PLUS

8.1 Het 50PLUS logo, een gecombineerd woord/beeldmerk is geregistreerd voor en behoort

      tot het intellectuele eigendom van de Vereniging. Zonder uitdrukkelijke schriftelijke

      toestemming van het Hoofdbestuur is het leden en derden verboden wijzigingen en of

      aanpassingen aan het logo aan te brengen.

  1.   Slotbepalingen

9.1 Algemeen

9.1 In gevallen waarin dit Huishoudelijk Reglement niet voorziet beslist het Hoofdbestuur

      en maakt hier melding van in haar Jaarverslag dan wel een bijlage daarvan.

9.2    Wijziging van het Huishoudelijk Reglement

9.2.1 Een wijziging van het Huishoudelijk Reglement kan slechts plaatsvinden door een

         besluit van de Algemene Vergadering waarbij de voorgestelde wijziging en eventuele

         aanpassingen ten minste 14 dagen voor de vergadering woordelijk voor alle leden

         beschikbaar is. Tot wijziging van het Huishoudelijk Reglement kan door de Algemene

         Vergadering worden besloten met ten minste de helft van het aantal uitgebrachte

         stemmen in een vergadering.

9.3    Overgangsbepalingen en inwerkingtreding

9.3.1 Het huishoudelijk reglement, dat door de Algemene Vergadering op 5 november

         2011 is aangenomen en sindsdien is gewijzigd wordt ingetrokken met dien verstande,

         dat de in artikel 1.8 van het reglement van november 2014 (oud artikel A9)

         genoemde termijn blijft gelden voor de op grond hiervan benoemde bestuursleden.

9.3.2 Dit huishoudelijk reglement treedt in werking onmiddellijk na de besluitvorming op de Algemene Vergadering van 10 december 2016.

Delen via: