De gemeenteraad van Rotterdam in vergadering bijeen op 8 en 13 november 2018 ter bespreking van de begroting 2019,
Constaterende dat:
- In 2016 het bedrag van de oorspronkelijke begroting € 26 mln. bedroeg en vervolgens € 60 mln. hoger uitkwam op € 86 mln.
- In 2017 het bedrag van de oorspronkelijke begroting € 40 mln. bedroeg en vervolgens € 61 mln. hoger uitkwam op € 101 mln.
- In 2018 volgens de 2e herziening (8maandsrapportage) het bedrag aan inhuur (voorlopig) € 35 mln. hoger uitkomt op € 84 mln., waarbij het uiteindelijke jaarbedrag voor 2018 uiteraard nog niet bekend is
- De afgelopen 2 jaren met dit jaar erbij een overschrijding tov oorspronkelijke begroting te zien geeft van gezamenlijk € 155 mln. (€ 60 + 60 + 35), dus ruim € 50 mln. gemiddeld per jaar
- Volgens het meerjareninzicht het weerstandsvermogen in 2022 nog maar net boven 1,0 uitkomt, te weten op 1,04
- In de begroting 2019 voor inhuur een bedrag is opgenomen van € 71 mln.
Overwegende dat:
- Voor inhuur aanzienlijke overschrijdingen ten opzichte van oorspronkelijk begroting eerder regel dan uitzondering zijn
- Er strakker gestuurd moet worden op het redelijk beïnvloedbare budget inhuur
- Het begrotingsbedrag voor inhuur in 2019 taakstellend moet zijn
- De gemeenteraad actiever geïnformeerd wil worden over de ontwikkeling van de kosten van externe inhuur
Draagt het college op:
- Zonder goedkeuring vooraf van de gemeenteraad geen verplichtingen voor inhuur aan te gaan, die kunnen leiden tot een overschrijding van het begrotingsbedrag 2019 van € 71 mln.
- In 2019 maandelijks de gerealiseerde en geactualiseerde geprognotiseerde kosten voor inhuur aan de COR te rapporteren
En gaat over tot de orde van de dag