CIE ZOCS: Onderzoek ketenaanpak huiselijk geweld

14 oktober 2020

Vandaag is in het nieuws dat volgens het CBS bij zes op de tien vermoorde vrouwen de (ex)partner de vermoedelijke dader is. In de afgelopen jaren is het aantal vrouwen dat slachtoffer is geworden van een jaloerse dader die het niet kan verdragen geen controle over zijn vrouw te hebben gelukkig gedaald, maar niet genoeg. 

Wanneer je de eerste hoofdstukken leest uit het rapport van het Verwey-Jonker Instituut is het een wonder dat er überhaupt een daling heeft plaatsgevonden. Goede bedoelingen, maar langs en naast elkaar werkende organisaties, bureaucratie en gezeur over wie welke kosten betaalt helpen personen die te maken hebben met huiselijk geweld niet. Gelukkig hebben de partijen die er toe doen de handen reeds in een geslagen om deze problematiek aan te pakken en nieuwe drama’s te voorkomen. We zullen vinger aan de pols moeten houden om de voortgang te blijven monitoren.

We mogen trots zijn op wat tot stand is gebracht en ik ben dan ook dank verschuldigd aan de begeleidingscommissie. Natuurlijk is de oorzaak van het onderzoek – de dood van drie jonge vrouwen in een kort tijdsbestek – te triest voor woorden. Maar als we uit dit trieste gebeuren een positieve ontwikkeling kunnen vormgeven, dan heeft hun vroegtijdige dood – hoe wrang ook – zin gehad.

Als 50PLUS Rotterdam kijk en denk ik bij huiselijk geweld vooral aan het geweld tegen ouderen, in iedere zin. Want ook ouderen hebben te maken met fysiek en geestelijk geweld. Misschien niet door een jaloerse (ex)partner, maar wel vaak van onmachtige overbelaste mantelzorgers. Gelukkig vallen er geen doden onder de ouderen, maar het verdriet en de pijn zijn er vaak niet minder om. Snelle aanpak van het stoppen van mishandeling en misbruik is in het belang van zowel het slachtoffer als van de dader. Want daders zijn – zo blijkt keer op keer – vaak net zo goed slachtoffer. 

Uiteindelijk kunnen we constateren kent huiselijk geweld alleen maar verliezers. We onderschrijven dan ook van harte de aanbevelingen uit het rapport. De hoop uitspreken dat het nu beter zal gaan is niet zo aan mij besteed. Ik wil niet hopen maar actie zien. Het lijkt me dat de wethouders die dit rapport omarmt hebben hier een dure plicht heeft om in het belang van alle slachtoffers en potentiële slachtoffers én hun daders de vorderingen op het gebied van de ketenaanpak te blijven volgen zodat we kunnen blijven voorkomen wat eerder praktijk is geweest. Die rol is uiteraard ook voor de Raad en mijzelf bestemd.

 

Delen via: